Ruling waarbij de klassieke vragen van een inbreng van aandelen in een eigen vennootschap aan bod komen (o.a. interne meerwaarde). Echter is er ook de vraag naar de rechtmatige en financiële behoeften bij controlewijziging, ook al blijft de uiteindelijke begunstigde dezelfde (aangezien deze voordien de controle had over de ingebrachte vennootschap maar dit nadien ook blijft doen op onrechtstreekse wijze). De rulingcommissie spreekt zich hier niet over uit (het lijkt weliswaar ook niet gevraagd) en voert de klassieke toets uit rond de rechtmatige financiële of economische behoeften (Voorafgaande beslissing nr. 2019.0312 d.d. 14.05.2019)
Categorieën: Herstructurering (fusie, splitsing, ...)