Wanneer drie partijen samen de volle eigendom kopen, bijvoorbeeld vennootschap A het vruchtgebruik voor 30 jaar, personen B (ouders van het gezin en vennoten-bedrijfsleiders van A) het levenslang vruchtgebruik voor het geval ze nog in leven zijn na het einde van het eerste vruchtgebruik (successief vruchtgebruik) en C (kinderen van B) de blote eigendom, dan worden de registratierechten allen betaald bij de initiële aankoop en valt de latere “activering” van het successief vruchtgebruik hoogstens onder het vast recht (standpunt 18083 van Vlabel).
Opschortende voorwaarde
Handlichting als opschortende voorwaarde.
De casus was dat de rechtbank van Gent besluit dat de verwoording van de handlichting in dit geval telt als opschortende voorwaarde waardoor de registratietermijn niet is beginnen lopen vooraleer de handlichting een feit is. Lees meer…