Hof stelt een aanzienlijk verschil vast tussen de economische waarde van de leasingwagen en de prijs van de aankoopoptie waartegen de wagen wordt verkocht door de vennootschap aan vrouw van bestuurder, maar weerhoudt geen voordeel alle aard gelet op het huwelijksstelsel (scheiding der goederen): hierdoor kan er geen persoonlijk voordeel weerhouden worden in hoofde van de bestuurder (noch direct, noch indirect) (Brussel, 11 juni 2020).