Initiële vestigingsakte bepaalde een nihil-vergoeding op het einde van het opstalrecht, terwijl er wel een vergoeding wordt betaald bij de vroegdtijdige beëindiging: geen tegenspraak. De vergoeding geldt enkel voor het gederfde genot en is dus geen prijs (Antwerpen 29 september 2005). Bespreking fiscoloog.